Vrijdagochtend, ik doe mijn ogen open en realiseer me dat het vandaag mijn eerste werkdag is. Een nieuwe baan! Ik zou mezelf bijna knijpen omdat ik het nog steeds wat onwerkelijk vind. Na anderhalf jaar werkeloosheid, hoewel dat is niet helemaal waar, want ik had al een tijdje een parttime baan. Ik zwier mijn voeten uit bed en loop naar de kamer. Koffie, ontbijtje… geen haast. Waarom geen haast? Ik kan het zelf nog niet zo goed geloven, maar mijn baan is niet echt gebaseerd op vaste kantoortijden. Ik ga op avontuur voor mijn werk.
Wat onwennig zit ik achter mijn laptopje. Waar te beginnen bij mijn missie? Een paar uur later loop ik in de zon. Een lekker briesje maakt het helemaal compleet. Ik ben op weg naar een mevrouw die ik wil spreken over mijn missie. Ik drink koffie in de locatie waar de mevrouw manager is en wacht tot ze tijd heeft om even te kletsen.
Als ik even later weer in de zon loop heb ik een glimlach op mijn gezicht. Dit is mijn werk. Pionieren! Op zoek naar mogelijkheden voor een project dat nog vorm gegeven moet worden. Een leeg doek waar uiteindelijk een kunstwerk op moet komen. Hoe cool is dat?
Voor wie zich afvraagt welke missie ik heb… Ik ga een gereedschapskist samenstellen waar straks gebruik van gemaakt kan worden. In die kist zitten tools voor de ouders, bewoners en de zorgverlener (die een samenwerkingsverband vormen) om vrijwilligers te binden aan mensen met een verstandelijke beperking. Het leuke aan de missie is dat er nog geen vorm voor is en alle mogelijkheden nog ontdekt mogen worden en dat is wat ik op mijn reis ga doen.
Zoals bij ieder nieuw begin sta ik even te kijken welke richting ik op moet en hoe ik dingen aan moet pakken. Het feit dat wat ik ga doen iets is wat ik erg leuk vind, maakt de knikkende knietjes minder knikkend. Er bruisen continue ideetjes door mijn hoofd voor de gereedschapskist en ik parkeer ze allemaal even in een doosje totdat ik er iets mee ga kunnen.
Het voelt nog beetje raar… bijna niet als werk 🙂