Midden tussen een groep mensen staat een klein mensje. Het kijkt rond en ziet dat zij anders is. Ze heeft een gekleurde jas aan, heel zacht en mooi van stof. De anderen zijn dik ingepakt. Het lijkt of ze veel lagen dragen. Allemaal jassen, grijs en dof en stug van stof.
Het mensje vraagt aan een van de anderen…’Zeg, waarom hebben jullie zo veel laagjes aan”. Een van de anderen zegt… Dit is onze levensjas en wij zijn al ouder dan jij… Elke keer als we een ervaring hebben die indruk heeft gemaakt, komt er een laagje bij, een extra jasje zeg maar..
Het mensje vindt het interessant en vraagt vervolgens “waarom zijn de laagjes allemaal een beetje grijs en niet gekleurd?” Er stromen heel veel vragen door het mensje en meteen daarop vraagt het “Kunnen die jasjes ook uit?”
De ander zegt “Elke keer als wij een emotie ervaren, maar die ontkennen of wegdrukken, dan slaan we de energie van die emotie op in ons energieveld en daarmee in ons lichaam. Wanneer we dit jaar in jaar uit doen, dan voelt ons energieveld ‘zwaar’ aan. Het is alsof we een oude jas dragen waarin veel pijnlijke herinneringen zitten. In ons alledaagse leven heeft dit een ‘prijskaartje’: we voelen ons bijvoorbeeld somber of verward, onze relaties lopen niet lekker, we zijn niet geïnspireerd, zijn voortdurend moe en creëren niet wat we willen. Daarnaast ontwikkelen we onprettige ‘karaktertrekken’, zoals altijd alles beter weten of snel op de teentjes getrapt zijn. Daarom hebben de jassen die wij al lange tijd met ons meedragen een grijze kleur. Het kijken naar of loslaten van deze emoties is niet zo makkelijk, daarom doen we de jassen niet uit.
Het mensje is verwonderd over dit verhaal en vraagt ‘krijg ik straks dan ook allemaal jasjes erbij, als ik groter wordt?’ De ander zegt, als je slim bent, zorg je dat je als je iets vervelends mee maakt erover praat en het zo snel mogelijk los laat. Als je slim bent zorg je dat je mensen leert vergeven en ook jezelf als je eens een foutje maakt. Alleen dan zal jij je mooie gekleurde jas houden en komen er geen grijze jasjes bij.
Het mensje is blij met deze wijze woorden en huppelt weg… haar jasje zwierend als ze haar beentjes optilt..