Ik loop door de straten en trek mijn kraag nog even wat dichter om mijn nek. Brrrr, het is koud. De wind is krachtig en de regen maakt het herfstgevoel in de lente helemaal compleet. Ik kijk om me heen en zie om vier uur al mensen staan met een kleedje… kleumend van de kou, maar wel verzekerd van een plekje voor Koningsdag. Ik ben op een missie. Ik moet iets oranjes scoren, want ik ga op stap met de bewoners van mijn werk. Het voordeel van shoppen vlak voor Koningsdag is dat alles al in de uitverkoop is. Ik doe goede zaken voor een paar euro. Ik ben er klaar voor!
Met een hoedje, een boa en een armbandje ga ik naar huis. Ik moest me beheersen. Normaal zou ik volledig over de top gaan, maar ik moet een beetje rekening houden met mijn mede feestvierders. Dezelfde avond ga ik even koffiedrinken bij ze. Het opbouwen van een band gaat in een gestaag tempo. Zij moeten aan mij wennen en ik aan hen.
Ik plof op de bank en kijk mee naar een programma over verkeersovertreders. Ik geniet van de reacties die er komen op de ‘boeven’. Voor ik het weet heb ik een gesprekje met een van de bewoners; we hebben een gemeenschappelijke kennis. Dat schept een band. Het is voor mij erg aftasten wat wel en niet kan. Mijn uitbundigheid is even opgeborgen tot later, als het vertrouwd voelt voor hen.
De afgelopen weken voelde ik mij als Maxima op kennismakingsronde door Nederland. Ik sprak met verschillende mensen, ging kijken bij verschillende organisatie om een goed beeld te krijgen van mijn nieuwe wereld. Verwonderd loop ik er doorheen. Wat is er veel opgezet voor mensen met een uitdaging. Zo veel leuke initiatieven. Allemaal plekken die gericht zijn op het uiten van talent in een veilige omgeving.
“Het is bijna tijd…” hoor ik iemand zeggen. “Waarvoor?” vraag ik. “Ja duh… voetbal!” Ik kijk moeilijk en zeg “Dat meen je niet!” “Echt wel!” komt er terug. Ik moest er aan geloven. IK… voetbal kijken, wie had dat gedacht? Maar ja, Maxima zal ook niet altijd juichen als ze het zoveelste koekhapspelletje voorgeschoteld krijgt, ik moest net als zij even doorbijten.
Na 2 minuten vraag ik of het al bijna afgelopen is. Ik krijg een niet begrijpende blik terug. Hoe kon ik dat nu vragen… Ik heb zitten giebelen want voetbal kijken is een serieuze aangelegenheid bij de heren. “Ah dat is toch een schwalbe” gooi ik er in. Ik had vlak daarvoor uitgelegd de ballen verstand van voetbal te hebben… Naast mij kijkt iemand verwonderd. “Oh dat weet je dan weer wel…” Ik gooi er nog een rijtje voetbaltermen uit. Corner, pass, buitenspel, hattrick… De sfeer was gezet, ik hoorde erbij.
Ik heb het volgehouden… tot aan de rust. Het werd me vergeven dat ik niet nog eens 45 minuten ging kijken. In de auto naar huis moest ik nog even glimlachen. Het was 0-0, maar ik had wel overwicht in balbezit… Op naar de tweede helft op Koningsdag.